Laat het kind 3 maal de vingers aanraken in de volgorde: wijsvinger - middelvinger – ringvinger – pink. Dit is één serie. Daarna nog 2 series in dezelfde volgorde. In totaal 3 series. Er wordt niets gezegd over wel of niet mogen kijken naar je handen (kijken mag dus).
Wat heb je nodig voor dit onderdeel?
Stopwatch
Aandachtspunt
Het kind staat.
Het kind kiest zelf met welke hand
De andere hand hangt langs het lichaam (dus niet in de zij of in de broekzak).
Wat zeg je tegen het kind?
Voordoen met de tekst: `Raak met je duimtop elke vingertop aan.' Wijsvinger, middelvinger, ringvinger en pink (dit is een serie).
Na enkele oefenseries: `Kun je het 3 keer achter elkaar zo snel mogelijk?'
Criterium
Een kind beheerst opponeren niet als het:
met de duim langs de vingers veegt
vingers overslaat
vingers dubbel aanraakt
De snelste tijd telt.
2 pogingen met zelfgekozen hand.